De camera is in de mond geplaatst, bij het uitademen beslaat de lens, bij de inademing is de lens weer helder.
De videowerken gaan diepen dan een demonstratie van onvermogen tot spraak. Opgesteld in de stadschouwburg, confronteren ze op indringende, op aardse wijze het ‘uitgaan’ als ontsnapping. De huig tonen voor de camera zodat hij beslaat, een ijsklontje smelten in een lichaamskuitlje -tranformatie-processen kan men denken. Maar voelend ervaart men meer.
Tineke Reynders (kunstcritica)